Hoe kun je robotchirurgie zo goed mogelijk gebruiken om er voor patiënten maximale meerwaarde uit te halen? Door te investeren in de technologie, én in de mensen die met de operatierobots werken. Daarover gaat de leerstoel Robotchirurgie van prof. Jelle Ruurda van het UMC Utrecht. Hij gaf op vrijdag 13 mei zijn oratie.
In 2000 kwamen de eerste robots in de Nederlandse operatiekamers. De operatierobot heeft buigbare polsjes in plaats van starre instrumenten, maakt schaalbare bewegingen en bevat een camera met volledig 3D-beeld. Dat heef een aantal voordelen: patiënten die met een robot zijn geopereerd, hebben minder bloedverlies en minder last van pijn. Ze zijn sneller op de been en liggen korter in het ziekenhuis. De meeste operaties met robot gebeuren bij mensen met kanker, zoals slokdarmkanker, blaaskanker en prostaatkanker.
Google maps voor chirurgen
In de afgelopen 20 jaar hebben Jelle en zijn collega’s niet stilgezeten. De operatierobot is steeds verder doorontwikkeld. “Die oude robot lijkt nu echt een old timer,” aldus Jelle, die als eerste in Nederland professor Robotchirurgie is. “Onze technologie wordt steeds beter. Daardoor zijn we in staat om steeds ingewikkeldere operaties uit te voeren als kijkoperatie, dus met een paar kleine sneetjes in het lichaam waardoor de robotarmen naar binnen gaan. Een open operatie met grote snee is dan niet meer nodig.”
“Ook werken we aan algoritmes die de anatomie van het menselijk lichaam leren kennen. Die anatomische structuren kunnen we toevoegen aan het operatiebeeld, als een soort van Google maps voor chirurgen. De chirurg weet dan altijd precies waar hij zich bevindt in het lichaam, iets wat soms lastig is door het gedetailleerde, bijna microscopische beeld waaronder we werken.”
Robotchirurgie verdient zich terug
In zijn rede ging Jelle ook in op de kosten van opereren met een robot. “Veel mensen denken dat robotchirurgie duur is”, aldus Jelle. “Een operatierobot kost ook 2 miljoen. Maar als je de prijs per operatie op een bierviltje uitrekent, kom je op zo’n 2500 euro uit. Dat is nog steeds meer geld dan een gewone operatie, maar deze kosten verdienen we deels terug doordat patiënten sneller herstellen en minder lang in het ziekenhuis hoeven te verblijven. En we kunnen de kosten nog verder verlagen, door hogere bezettingsgraden. Bovendien zijn er nu meer aanbieders van operatierobots op de markt en concurreren zijn met hun prijzen.”
Investeren in nieuw talent en in wetenschappelijk onderzoek
In zijn hoogleraarschap zet Jelle zich in voor de verdere ontwikkeling van robotoperaties, en voor betere uitvoering van robotchirurgie. Het hebben van de technologie alleen is niet genoeg. Jelle: “Als chirurgen zien we de meerwaarde van de operatierobots, maar dit kan beter in maat en getal uitgedrukt worden. Er moeten meer goede wetenschappelijke studies naar robotchirurgie komen, met voor patiënten belangrijke verbeteringen in uitkomstmaten.
Naast het verzamelen van data is het ook van belang dat we de opleiding tot robotchirurg blijven verbeteren. Zo kunnen chirurgen om het beste uit de beschikbare technologie te halen is, op een manier dat patiënten geen last krijgen van mogelijke extra risico’s. Voor chirurgen-in-opleiding hebben we hiervoor een speciaal trainingsprogramma ontwikkeld.
Overigens ligt hier ook een kans voor de ziekenhuizen: veel jonge mensen voelen zich aangesproken door deze mooie technologie. Als je als ziekenhuis kiest om vol in te zetten op innovatie, kan dat een grote voorsprong geven in de race om nieuw talent. Zo kunnen we mensen blijven winnen voor een carrière in de gezondheidszorg. Niet alleen chirurgen, maar ook verpleegkundigen en operatieassistenten.”
Meer informatie
- Bekijk de profielpagina van Jelle Ruurda en zijn LinkedIn-pagina
- Meer informatie over robotchirurgie vind je op kankeroperatie.nl